Gedeputeerde Hans Konst moet vaart maken met de ontwikkeling van het plan voor de lijnopstelling van het windmolenpark Friesland langs de Afsluitdijk vindt SWF wethouder Gea Akkerman.
Op 5 januari vindt er een extra gemeenteraadsvergadering plaats met alleen dit onderwerp op de agenda en moet de raad een standpunt innemen over de grootte van het gebied waarin de windmolens komen te staan en het aantal rijen aan windmolens dat in het water langs de dijk wordt gepland. Want op 7 januari vindt er overleg plaats tussen rijk (Minister Kamp), provincie (Gedeputeerde Hans Konst) en gemeente (Wethouder Gea Akkerman) over de plannen. Akkerman wil beslagen ten ijs komen om de minister die eerder aangaf bij de oorspronkelijke plannen te blijven, adequaat tegengas te kunnen geven.
Lijnopstelling
De raad krijgt maandag 5 januari opties voorgelegd voor de lijnopstelling met verschillende aantallen molens op en langs de Dijk. Het gaat om drie varianten, waarbij telkens één lijn gesitueerd wordt aan de voet van de dijk en twee of drie lijnen op afstand van de eerste lijn worden gesitueerd:
- Een rij van 29 turbines van 7,58 MW op de dijk in combinatie met 2 rijen van 20 turbines van 3,3 MW in het IJsselmeer = 352 MW
- Een rij van 28 turbines van 3,3 MW op de dijk in combinatie met twee rijen van 21 turbines van 6,15 MW in het IJsselmeer = 351 MW
- Een rij van 28 turbines van 4,0 MW op de dijk in combinatie met 3 rijen van 20 turbines van 4,0 MW in het IJsselmeer = 352 MW
De windmolens leveren bij alle drie varianten circa 350 MW aan energie en voldoen daarmee dus aan de randvoorwaarde van 316 MW op basis waarvan Provinciale Staten akkoord is gegaan met de lijnopstelling. De voorkeur van het college van B en W van SWF gaat uit naar de optie met drie rijen molens, dus één rij op de dijk en twee rijen in het water langs de dijk.